Pedersen moest het uit zijn tenen halen: 'Op vijftig meter van de aankomst ging ik bijna zitten'

De achtste etappe van de Tour de France was er zaterdag een met een spetterend einde. In Limoges roerden de groten der aarde zich in de strijd om de ritzege, die uiteindelijk naar Mads Pedersen (Lidl-Trek) ging. En daar was de krachtpatser uit Denemarken uiteraard dolgelukkig mee.

Pedersens ploeggenoten plaveiden het pad voor hun kopman tot in de perfectie in de laatste kilometers. Vanaf het begin van de rit namen ze de controle in handen, waarna Mattias Skjelmose, Alex Kirsch en Jasper Stuyven de laatste kilometer voor hun rekening namen. In de laatste hellende meters kon Pedersen mede door dit werk de Belgen Jasper Philipsen (Alpecin-Deceuninck) en Wout van Aert (Jumbo-Visma) achter zich laten.

Het was dan ook logisch dat de ex-wereldkampioen vol lof sprak over zijn maten. 'We wisten niet of het voor de ontsnapping of sprinters zou zijn, maar de spurtersteams wilden geen blijkbaar ontsnapping', stelde Pedersen, die zich in de openingsfase nog roerde. 'Ik probeerde enkele malen mee te zitten, maar ze lieten me niet gaan. Vanaf dat moment spaarde ik mijn energie en bolde ik mee. We bleven kalm en de jongens deden het geweldig. Ondanks een lange spurt kon ik het volhouden, dus de benen waren goed', concludeerde de winnaar met gevoel voor understatement.

Pedersen moest het uit zijn tenen halen

Na enkele mindere noteringen in de vlakke spurts was het in een lastigere variant nu dus toch raak voor de Deen, die met zijn postuur gemaakt is voor dit genre aankomsten. 'Man, het was een lange sprint en het deed pijn. Of vijftig meter ging ik bijna zitten, maar Jasper Philipsen moest ook van ver komen. Het maakt echter niet uit of je met vijf meter of twee millimeter verschil wint', sluit Pedersen, die nieuwe sponsor Lidl de eerste grote zege gunde, af met een cliché.