Voor het eerst sinds 1990 rijden er weer twee Zeeuwen in de Tour de France. Toen waren het Maarten Ducrot en Patrick Tolhoek. Dit jaar zijn dat Marco Minnaard en Antwan Tolhoek, inderdaad ‘de zoon van’. De twee kennen elkaar al jaren, omdat Tolhoek senior Minnaard vroeger trainde. Dit jaar gaan ze samen naar Frankrijk, ieder met zijn eigen ambities.
‘Als je in de Dauphiné elfde wordt en iedere bergrit meedoet voor de top tien, hoor je zeker thuis in de Tour’, is Minnaard tegenover de PZC positief over zijn jongere collega. Tolhoek zelf had nooit verwacht in de Tour de rijden. ‘Zeker niet. Twee maanden terug zag ik nog in zak en as omdat ik de Giro moest missen.’
De zenuwen zijn wel flink aanwezig bij de jonge Yersekenaar, ondanks dat hij al ervaring meeneemt uit de Vuelta. ‘Ik bereid me gewoon voor op de zwaarst mogelijke weken. De Tour is natuurlijk de grootste koers, dat merk ik nu ook wel. Maar uiteindelijk blijft het gewoon een wedstrijd. Je moet gewoon blijven trappen, zo simpel is het.’
Minnaard heeft al een Tour in de benen en heeft daar dan ook van geleerd. ‘Hilaire van der Schueren zei vorig jaar telkens dat ik zoveel mogelijk rust moest pakken. Daar ga ik dit jaar op proberen te letten. Ieder rustmoment is meegenomen en het kan het verschil zijn tussen wel of geen mooie uitslag.’ Tolhoek kan zich daar in vinden. ‘Als jonge renner genoot ik van alles, ook van een verplaatsing. Nu word ik bij een verplaatsing chagrijnig en lig ik liever drie uur op bed.’
Het doel van Tolhoek is simpel: ‘Gezond en fit Parijs halen en Steven Kruijswijk goed ondersteunen in de bergen. Steven heeft zelf gezegd dat hij mij in de Tour-ploeg wilde hebben. Ik hoop dat ik dat vertrouwen kan terugbetalen.’ (Foto: Cor Vos)
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties